Black and white water rafting

21 maart 2011 - National Park, Nieuw-Zeeland

G’day! Inmiddels ben ik bijna een week in Nieuw-Zeeland. Voordat ik vertrok maakte ik nog een laatste Australisch uitstapje, naar Cape Tribulation. 's Ochtendsvroeg werd ik opgepikt bij mijn hostel door het busje. De chauffeur / gids kwam enthousiast naar me te lopen en zei dat Lucy, die ik kende uit Byron en daarna nog mee afgesproken had in Noosa en Airlie Beach, in het busje op me zat te wachten. We wisten helemaal niet van elkaar dat we dit hadden geboekt, erg leuk om haar weer te zien! Ook zij had het vliegtuig naar Cairns gepakt. Onze eerste stop was een boottochtje op de Daintree River. Drie krokodillen/krokodilletjes gespot. Gaaf om te zien maar verder zijn die beesten ontzettend saai, ze liggen de hele dag stil zonder ook maar een vin te verroeren. Toch moet je ze niet onderschatten, onze gids vertelde een verhaal over een jongetje die een tijd geleden is gedood door een krokodil. De volgende stop was een wandeling door het regenwoud. Onderweg stopten we even om te genieten van een lokale delicatesse. En wel het achterwerk van een mier welteverstaan. Omdat het niet de bedoeling was de regenwoudbevolking aan te tasten moesten we deze likken in plaats van helemaal op te eten. Het heeft een soort citroensmaak. Likken werd bij mij per ongeluk doorslikken, oeps. Maar zo'n miertje schijnt vitaminerijker te zijn dan een sinaasappel, dus dat is dan wel weer mooi meegenomen. Die middag werden we gedropt bij de logde in Cape Tribulation en ging ik met twee Nederlanders op stap voor een wandeling over het strand en terug via het regenwoud. Onderweg nog een schildpad en een slang tegengekomen, welliswaar een kleintje maar je schrikt je toch rot omdat Australië giftige en dodelijke slangen kent en ik geen idee heb hoe je deze kunt herkennen. Onderweg nog even gestopt voor een frisse duik in een meertje, ongeveer de enige plek in de omgeving waar je veilig kunt zwemmen zonder stinger- of krokodillengevaar. Uiteraard nog als een ware Jane aan een touw geslingerd. Omdat we een anatal keer verkeerd waren gelopen (mannen en kaartlezen..) werd het een flinke wandeling, bijna twintig kilometer. We waren helemaal kapot. Na het avondeten besloot ik dus even te gaan liggen, en werd pas de volgende ochtend wakker, met m'n kleren van de vorige dag nog aan. Bijna twaalf uur geslapen, het was blijkbaar nodig!

De volgende dag regende het helaas non-stop, dus 's ochtends weinig kunnen doen. 's Middags was het busje er om ons weer terug te brengen naar Cairns. Onderweg gestopt bij de Daintree Ice Cream factory. Voor een paar dollar krijg je een bekertje met vijf verschillende smaken die per week verschillen, afhankelijk van wat er die week is geoogst. Ik had een paar zeer exotische smaken waarvan ik de namen inmiddels weer ben vergeten, maar het was goddelijk. Sowieso zijn ijs en smoothies in Australië onweerstaanbaar. Net zoals de meatpies overigens, te lekker! Terug in Cairns had ik afgesproken met een Duits meisje uit Airlie Beach, die mijn handdoek had meegenomen die ik daar was vergeten. Het was fijn om weer met mijn handdoek herrenigd te zijn in plaats van af te drogen met je slaapzak. Helaas ben ik 'm hier in Nieuw-Zeeland alweer vergeten, maar goed.. Ik sliep die nacht in Gilligans, hét party-hostel uit Cairns, dus die avond was het tijd voor een paar drankjes. Gelukkig kreeg ik een smsje van Lucy die was beland in een bar waar de drankjes slechts één dollar kosten. Uitermate goedkoop, zeker voor Australische begrippen, en als ware budget backpackers stoven we erop af. Een waardige afsluiter van m'n Oz avontuur.

De volgende dag vloog ik naar Nieuw-Zeeland. Na een uitgebreide check op het vliegveld (m'n wandelschoenen werden gecontroleerd op gevaarlijke zaadjes en sporen uit de Australische bossen..) stapte ik dan Auckland binnen, waar het drie uur later was dan Cairns. Door het tijdsverschil lukte me het niet zo goed om in slaap te komen, en ook de praters en snurkers in m'n 12 bed dorm droegen hun steentje bij. De volgende ochtend om 07.30 moest ik alweer klaarstaan voor m'n Stray bus, voor mijn gevoel midden in de nacht, dus alles behalve fris en fruitig begon ik aan m'n trip. Gelukkig leek ik niet de enige te zijn in deze toestand. Ik heb een pas voor het Noorder- en Zuidereiland, en je kunt op- en afstappen waar je wilt. De Stray busjes zijn klein, waardoor we op plekken kunnen komen waar de grote tourbussen niet kunnen komen. Na onze eerste stop (uitzichtpunt over Auckland) begon iedereen een beetje wakker te worden en werd het al snel gezellig. Leuke groep, en wonder boven wonder geen Duitser in de groep! Uiteraard wel een hele gang Engelsen, een paar Amerikanen, Canadezen, een Zuid-Afrikaan, een Francaise en wat Nederlanders. Onderweg stopten we bij Hot Water Beach, waar je een kuiltje in het zand kan graven totdat je bij heet water komt. Kokend heet soms, heel apart! Eindbestemming was Hahei, waar we een prachtige wandeling hebben gemaakt naar Cathedral Cove. Sowieso was de hele route al prachtig, werd meteen verliefd op de schoonheid van het land. Om de vijf minuten een ander landschap, geweldig.

De volgende dag gingen we naar Raglan, een artistiek surfersdopje aan de Westkust. Ik tijfelde nog even om een surfboard te huren, maar het begon al snel te regenen. Die middag dus maar heerlijk gechilld in onze lodge in de bush. Ik was met een paar Engelse meiden, dus al snel kwamen de tea en biscuits op tafel. Lekker een hele middag theeleuten! Die avond ging de hele groep mee op een boottochtje op een meer. De man van het hostel, inclusief vlechtje in de baard, beloofde dat het een geweldige party avond zou worden, met een heleboel 'sweet tunes' uit maar liefst 24 speakers. Aangekomen op de boot bleken onze medebootgangers allemaal boven die zestig te zijn, en ergens klonk een vaag muziekje uit een speakertje. Gelukkig maakte de broodjes bratwurst en een 'stunning sunset' een hoop goed. Terug in de lodge zorgde een gitaar en goede gesprekken weer voor een fijne avond met niet al te veel gekkigheid, want met Stray is het altijd vroeg opstaan. Bovendien moesten we een beetje energie spraren, want de volgende dag was het tijd voor white water rafting! Nieuw-Zeeland staat ook wel bekend als adrealine country, en rafting is dan ook een 'must-do'. Locatie was de Waitomo grotten, beroemd vanwege de duizenden glowworms, magisch om te zien. Afwisselend lopend, zwemmend, kruipend en per tube (een soort rubber band) legden we een route door de grot af, heel cool en heel gezellig met de groep en gidsen. Na deze inspannende ochtend konden we heerlijk ontspannen in de bus opweg naar Maketu. Daar sliepen we in een accomodatie van een Maori stam. Tevens was het dan ook de cultural night. Eerst kregen we Hangi, een tarditionele Maori maaltijd. Toen de chief van onze 'stam' werd aangewezen, de oudste van onze Stray groep, was het tijd voor de toelating van onze stam tot hun gemeenschap. Dit door een soort vreemde dans waarbij zij ons 'angst probeerden aan te jagen' door het trekken van de meest vreemde gezichten en het produceren van boze geluiden, en het verboden was voor ons te lachen. Voor mij een moeilijke opgave, ik krijg nu eenmaal snel de slappe lach, maar gelukkig wist ik de kriebels te weerstaan en nadat iedereen iedereen had begroet met een traditionele neuskus waren we 'officieel geaccepteerd'. Vervolgens voerde de stam een paar performances uit, wel gaaf om te zien, en konden wij ook een performance van hun leren. De jongens een oeha dans met ontbloot bovenlijf en een rieten rokje, heb nog nooit zo hard gelachen. Toen was het de beurt aan de meiden om ons voorschut te zetten. Nouja, voornamelijk ik dan, want wie mij een beetje kent weet dat Annet en een dansje instuderen niet echt een goede combinatie is. We moesten met een soort bal aan een touwtje draaien en opangen, ondertussen pasjes uitvoeren met de heupen wiegen en maat houden. Juist. Na al dit (leed)vermaak zijn we met een groepje naar het strand gegaan om een beetje bij te komen rondom een kampvuurtje onder de volle maan, waar we overigens het meest dichtbij waren dan ergens anders op aarde. Die avond met de hele groep op matrasjes in een grote kamer geslapen, het ultieme schoolkamp gevoel!

Zondag was het tijd voor mijn white water tochtje, want dat doen ze hier natuurlijk ook. En wel op de 'highest commericaly rafted waterfall in the world', een waterval in Rotorua van 7 meter. Klinkt heftig, maar na een paar seconden water happen ben je beneden. Zonder dat iemand uit de boot viel, een prestatie! Enger vond ik een waterval waarbij, als je uit de boot viel, in kokend water terecht kwam, wederom een soort thermaal proces. Gelukkig alles zonder kleerscheuren overleefd, erg gave activiteit. Die middag moest ik helaas afscheid nemen van mijn theetantes die een extra nachtje in Rotorua bleven. Wij gingen door naar Taupo, maar niet voordat we onderweg nog een tijdtje stopten bij een paar natuurlijke thermale zwavelbaden. Erin baden betekende lekker stinken naar zwavel, maar wel een perzikhuidje na een natuurlijk gezichtsmasker van de hardende modder. In Taupo lekker rustig aan gedaan, een skydive was me iets te heftig (en veel te duur). In het beroemde Lake Taupo gekeken naar m'n reisgenootjes die probeerden 10.000 dollar te verdienen door een golfbal hole-in-one te slaan op een baantje in het meer. Goed vermaak, het was iemand bijna gelukt ook nog. 's Avonds de filmpjes gekeken van de skydivers (gaaf!) en wederom een heleboel spelletjes gespeeld, waaronder een variant op ezelen, in plaats van een hand of duim op tafel deed de winnaar een move naar eigen keuze wat natuurlijk tot de nodige hillariteit leidde.

Die ochtend konden we 'uitslapen', de bus vertrok pas om 10.00 uur naar het National Park. Eigenlijk zouden we drie uur eerder vertrekken omdat we een bekende crossing zouden doen, maar die werd helaas gecancelled vanwege het slechte weer. Aangekomen in het National Park viel het weer best mee, en hebben we een wat kortere hike gelopen. Heel erg mooi! Inmiddels zitten we in ons hostel, heel erg luxe met mooie kamers, eigen badkamer en koelkast en last but not least, hot tubs! Dat wordt dus lekker de spiertjes ontspannen vanavond. Morgen vertrek ik naar Wellington, mijn laatste stop voordat ik naar het Zuidereiland vertrek. Mensen zeggen dat het Zuidereiland nog mooier is dan het Noorder. In dat geval staat me heel wat te wachten!

Foto’s

2 Reacties

  1. mieke heringa:
    24 maart 2011
    wat maak je toch een fantastische dingen mee en wat leuk en spannend om te lezen!!Als je straks thuis komt heb je vast behoefte aan huisje, boompje, beestje oftewel: container, cactus en cavia.
    De zwavelstank in Rotarua kwam onmiddelijk weer in mijn neus toen ik jouw verhaal las, gadverdamme. in Marrakesh kregen we tenminste nog een bosje mint om onder onze neus te houden toen we de stank van de leerlooierijen moesten trotseren. Zuidereiland zal je vastniet tegenvallen, zeer mooi en bijzonder. Geniet ze, groeten, Mieke
  2. maria zwier:
    3 april 2011
    Hoi Annet wat een geweldig verhaal las ik weer. De vorige keer schreef ik dat ik vond dat je van die stevige benen kreeg, maar dat antwoord van is blijkbaar niet verstuurd, heb iets niet goed gedaan. Vandaar deze late reactie. Ik herken de ellende met het balletje spelen, heb ik toen (2001) ook gedaan! Ga nu eerst je laatste verslag lezen. Ben benieuwd wat je vindt van het Zuid eiland, dat kennen wij beter. Liefs, maria